dinsdag 13 oktober 2009

Geweldmoraal

Mensen zijn niet alleen sociale dieren, ze kunnen ook heel gewelddadig uit de hoek komen. Als de mens niet het vermogen tot agressie had gehad, was hem in de evolutie geen lang leven beschoren geweest. De eerste mensen leefden immers in een vijandige en bedreigende wereld. In een dergelijke wereld heerst schaarste en is agressie vaak de enige manier om te overleven. Wat een ander heeft veroverd ben ik kwijt. Als ik die andere kan uitschakelen of zijn bezit kan roven heb ik zelf betere overlevingskansen.

In levensbedreigende omstandigheden zijn agressie en geweld dus functioneel: wie onverschrokken is toont moed en doorzettingsvermogen en verzekert meteen bescherming voor de zwakkere leden van de groep. Die zwakkere leden dienen zich dan wel te voegen naar het leiderschap van de agressieve leden, anders riskeren ze de bescherming kwijt te raken.

Geweld en agressie hebben nog een andere functie: ze onderdrukken de angst die onvermijdelijk door levensbedreigende situaties opgeroepen wordt. Tegelijk zorgen ze ervoor dat tactische beslissingen koel en berekend genomen worden.

In een samenleving die gedurende langere tijd met bedreigende omstandigheden wordt geconfronteerd worden geweld en agressie een levensstijl. In de strijd van "wij" tegen "zij" heeft men een permanent imago van gewelddadigheid nodig om de vijand te imponeren en af te schrikken.
Toch heerst in deze samenlevingen geen chaos van blinde drift. Het geweld wordt er gereguleerd. Er zijn ongeschreven afspraken over welk geweld toegestaan is en wanneer. Wie de geweldcode niet kent of verkeerd toepast verliest aan eer en reputatie.

Eer en eergevoel zijn een zeer belangrijk goed. De leden moeten bereid zijn om hun eer met geweld te verdedigen en om eerloos gedrag of schande te vermijden.
De geweldmoraal is een bij uitstek mannelijke moraal. De geweldmoraal is niet per definitie vrouwvijandig, maar vrouwen en hun belangen zijn hoogst bijkomstig. Als te beschermen leden dienen vrouwen de eer van mannen te dienen.

In moderne staten en samenlevingen is het leven veiliger geworden o.a. omdat er overschot aan goederen is, waardoor de geweldmoraal minder voet aan de grond heeft. Het geweldmonopolie is er in handen van de overheid.
Maar zodra de veiligheid in het gedrang komt, steekt de geweldmoraal de kop op. De bedreiging hoeft niet eens echt te zijn.

Ons brein maakt immers geen onderscheid tussen reƫle en ingebeelde bedreigingen. Nog steeds worden er oorlogen uitgevochten op grond van onjuiste voorstellingen. En wie erin betrokken is kan zich niet zomaar terugtrekken zonder verlies van eer. Als de inzet niet materieel is, dan gaat het vaak om de ultieme waarheid, het grote gelijk, de beste ideologie, de strijd tegen het Kwaad.


Bron: VERPLAETSE, J., Het morele instinct, p. 72-131.

0 reacties:

Design by The Blogger Templates

Design by The Blogger Templates